Welkom!

Welkom op de weblog van de Wereldwinkel VU! Hier vind je, naast persoonlijke verhalen van onze vrijwilligers, informatie en foto's van onze bezigheden en aankomende activiteiten. Veel plezier met het lezen van de verhalen en kom ons ook vooral eens opzoeken in de winkel zelf. We zitten in de kelder van het hoofdgebouw van de VU (onder de trap naar de mensa), en we zijn alle werkdagen open tussen 12.00 en 14.00 uur.

maandag 18 mei 2009

36 jaar jong

“Wereldwinkel VU -- kelder van het hoofdgebouw -- twaalf tot twee.” Het is een soort mantra voor mij geworden. Dat we inmiddels een begrip zijn binnen de VU, dat zou ik niet durven beweren – in het W&N gebouw gaan wel eens roddels rond dat er ook zoiets is als een Hoofdgebouw, slechts een enkeling is er geweest – maar je zou zeker kunnen zeggen dat we een constante factor zijn binnen de VU. Dat maak ik op uit de verhalen die ik soms te horen krijg van bijvoorbeeld oud-studenten die zich nog kunnen herinneren dat er ook in hun tijd al een winkeltje danwel kraampje was op de VU waar in de middagpauze de wereld werd verbeterd.


Mijn vader vertelt nog altijd smakelijk over een discussie die hij er een keer had met een andere bezoeker (het gelijk was natuurlijk aan zijn kant) en een zeer aardige oudere dame, die voor de filosofiefaculteit altijd de koffie- en theebestellingen bij ons doet, kan trots zijn dat ze dat al vanaf het allerprilste begin heeft gedaan. Zij heeft een boel Wereldwinkel voorbij zien komen. Ik denk aan talloze vrijwilligers die in de loop der jaren talloze kilozakken Max Havelaar naar de dertiende verdieping hebben gesleept. Zulke klanten moet je koesteren en zulke vrijwilligers ook.

De winkel, zo krijg ik de indruk, gaat dus al een tijd lang mee. Hoe lang is lang? Het is op een vergadering wel eens ter sprake gekomen, en niemand die het wist. Geschat naar de leeftijd van mijn oudste bronnen zo’n 30 jaar. Het zou toch leuk zijn deze kwestie eens op te helderen, besloot de vergadering, en Teun Toeval vond dat ook. Kort daarna vertelde een klant ons namelijk bij het afrekenen dat haar echtgenoot betrokken was geweest bij de oprichting van ons winkeltje. “En wat is uw naam?”

Zijn naam was Maarten Bavinck en we hadden onszelf bij hem thuis uitgenodigd. Herinneringen van hem, ervaringen van ons, koffie, thee en natuurlijk veel chocola. Hij was aangenaam verrast te horen dat Wereldwinkel VU nog steeds draaide, en wij dat ze dat al 36 jaar deed. Zesendertig jaar! Zo lang bestonden wij zelf nog niet eens en veel ouder had ook niet gekund, want de allereerste Wereldwinkel ter wereld werd 40 jaar geleden, in 1969, geopend in Breukelen. Op www.wereldwinkels.nl valt te lezen dat er in totaal inmiddels bijna 400 vestigingen zijn.

Onder die bijna 400 Wereldwinkels is de onze toch wel een bijzonder geval. Natuurlijk vindt iedereen dat van zijn eigen vestiging, en ik geef toe dat ik verknocht ben geraakt aan ons winkeltje en aan ons team. Maar ons winkeltje is voor zover wij weten de enige Wereldwinkel die gebonden is aan een universiteit en gerund wordt door studenten in hun middagpauzes. De VU zijn wij zeer dankbaar dat wij gratis gebruik kunnen maken van de ruimte en de elektriciteit. Terwijl de meeste Wereldwinkels vergrijzen en hun stinkende best moeten doen om jonge mensen aan te trekken, krijgt de onze automatisch haar jaarlijkse verjongingskuurtje. Elk jaar verwelkomen we weer nieuwe studenten en elk jaar zwaaien we weer een aantal vers afgestuurde collega’s uit als ze de wijde wereld in trekken.

Nieuwe vrijwilligers draaien mee in de winkel en leren apensnel hoe alles werkt en waar alles staat. Het enthousiasme binnen de groep is besmettelijk. Volgens Maarten Bavinck had de Wereldwinkel VU van begin af aan een onuitgesproken functie als gezelligheidsvereniging en dat is nog steeds het geval. Professionaliteit mag de gezelligheid nooit in de weg staan. Er heerst een vriendelijke, losse werksfeer, die misschien kan worden omschreven als amateuristisch – maar dan in de letterlijke vertaling van het woord amateur, ‘liefhebber’, en zeker niet in de bijbetekenis van ‘prutser’.


Maar hoe is het te verklaren dat ons enthousiaste en betrokken team van Wereldwinkeliers niet eens wist te vertellen hoe lang ons geliefde winkeltje bestond? Deels misschien luiheid. Voor wie goed zoekt, moeten er ergens nog wel oprichtingspapieren liggen. Maar veel heeft denk ik ook juist te maken met die grote doorstroom in het personeel. Heel veel informatie gaat daarbij onbedoeld verloren. Zo hebben wij in de kelder nog een opslaghok, waar op dit moment de kerstspullen geduldig wachten tot ze weer worden afgestoft en enkele weken de winkel mogen sieren. Ik hoorde laatst dat het bestaan van dit hok een tijd lang was vergeten, totdat het weer werd ‘herontdekt’ door een vrijwilliger.

Het is een nogal voorhistorisch trekje van ons. De Romeinen wisten al dat het gesproken woord vluchtig was: verba volant, scripta manent (vrij vertaald: schrift grift, gepraat vergaat). Kennis wordt bij ons echter nog steeds doorgegeven via een orale traditie waar een antropologie- of geschiedenisstudent misschien wel van zou smullen. (Mocht er iemand interesse hebben om de historie van ons winkeltje uit te spitten, dan zijn wij natuurlijk één en al oor. Er moeten toch ook nog wel wat foto´s te vinden zijn van vroeger of papieren bestaansbewijzen achtergebleven in de kasten van de VU?)

Met het oog op de toekomst zou het toch ook wel leuk en praktisch zijn om het één en ander op schrift te zetten. Of en hoe we dat precies gaan doen is vooralsnog geheel onduidelijk. Misschien een blog?

-- Pablo Moleman

Tony Chocoladefontein

Vier vrouwen uit Kameroen bedanken Wereldwinkel VU voor lening

Fairfood Video Contest